Iedere onderstaande vraag en antwoordt hebben een link met een thema uit de training. Tijdens de training gaan we onder meer dieper in op deze vragen en achterliggende diepere antwoorden. Met als doel jou als jonge werktuigbouwkundige engineer, werkzaam op een ontwikkelingsafdeling, alerter te maken in jouw werkomgeving. En ook je plaats binnen deze afdeling te bepalen en grotendeels zelf te kunnen inrichten. En dus op termijn groei te kunnen realiseren.
Je wilt namelijk gezien en gehoord worden binnen de afdeling waar je werkt. En het is aan jouw om dit op een assertieve manier af te dwingen. Maar ook jouw direct leidinggevende moet hier een goede bijdrage aan leveren. Het is zijn plicht om dit te doen. En daar kun je hem/haar gerust regelmatig op aanspreken.
Wanneer je gehoord wordt, wordt er ook naar je geluisterd. Wanneer er geluisterd wordt en wanneer je gehoord wordt, word je blijkbaar ook begrepen. Wie zich gehoord en dus begrepen voelt, heeft toegevoegde waarde en betekenis. En wordt een gezien persoon op de afdeling.
Vraag:
Vaak wordt er gesproken over een “intelligente professor” en een “slimme boer”.
Waarom eigenlijk?
Waarom niet omgekeerd?
Antwoord:
Het antwoordt zit in het vertalen en begrijpen van de begrippen intelligentie en slim.
Tijdens de cursus wordt hier op in gegaan en wordt het voor de deelnemers duidelijk waarom slim zijn zijn voordelen heeft boven intelligent zijn. Maar beide hebben elkaar altijd nodig.

Vraag:
Toleranties: wat is de functie en wat voor effect hebben ze?
Antwoord:
Voor elke tolerantie die je op een productie en/of montagetekening zet, moet je voor jezelf (beter nog: in overleg met kennisdragers die meer ervaring hebben in het thema “functionele toleranties”) bepalen wat nu de beste tolerantie is.
Hierbij moet je rekening houdend met de 4 denkwerelden, die elk een andere kijk op zinvolle toleranties hebben en deze kijk ook afdwingen. Deze 4 denkwerelden komen uitgebreid aan bod tijdens de training en wordt daardoor het een en ander duidelijk en begrijpelijker.

Vraag:
Waarom zijn vanaf een technisch idee tot en met een goed werkende versie van dit idee, in 99% van de gevallen, 5 verschillende types van engineers nodig?
Antwoord:
Elk werktuigbouwkundige engineer heeft binnen zijn technische mogelijkheden in het algemeen maar vaardigheden in 2, soms maximaal 3 van de beschikbare types engineers.
Tijdens de training wordt hierop ingegaan en zodat ieder deelnemer een beeld van zichzelf gaat krijgen over welke types dit voor hem dan zijn. En hoe ze met elkaar in het algemeen communiceren.

Vraag:
Waarom hard werken, als slim werken ook een optie is?
Antwoord:
Een algemeen antwoordt hierop geven is niet mogelijk. Dit komt omdat iedere persoon een eigen karakter heeft en daarmee ook op zijn eigen manier zich laat beïnvloeden door de dingen die hij om zich heen waarneemt.
Echter er valt voor ieder karakter zeker winst te behalen, maar dat vraagt wel een behoorlijke discipline van je als mens en/of als professional.

Vraag:
Waarom is het Centrepoint of Gravity / Zwaartepunt zo belangrijk tijdens het ontwerpen van (sub)samenstellingen/details van machines, apparaten en installaties?
Antwoord:
Dit heeft alles te maken met de disciplines die volgen op de engineeringsfase van een project. Voor montage werkzaamheden is het weten waar het zwaartepunt ligt een must om efficiënt te kunnen werken.
Tijdens de training wordt hier dieper op ingegaan. Vooral omdat de engineers zijn die hierin het verschil kunnen maken op deze montageafdelingen.

Vraag:
Wat is het grote verschil tussen parate kennis en school/google kennis bij jonge (werktuigbouwkundige) engineers?
Antwoord:
Dit is in grote lijn de rode draad door de gehele training en het antwoord word langzaamaan duidelijk tijdens het doorlopen van de training. En kan voor iedere deelnemer anders zijn.
Maar ieder deelnemer weet dan ook dat zijn toegevoegde waarde als engineer voor zijn of haar werkgever hier voor een groot van zal afhangen. Evenals zijn beloning hiervoor.

Vraag:
Je maakt in jouw beleving een fout en daar ontvang je feedback over.
Wat doet dat met je?
Antwoord:
De manier waarop je de feedback ontvangt en er mee omgaat maakt het grote verschil. Dat op zich is al een proces van leren incasseren en weer opnieuw proberen.
Tot op hoge leeftijd blijf je fouten maken. Wen maar aan die gedachte. En leer ze keer op keer te incasseren in jouw voordeel.

Vraag:
Wat is de waarde van engineering?
Antwoord:
Het is maar net aan wie je deze vraag stelt, wat voor een verschillend antwoord dat je zult gaan krijgen. Maar uiteindelijk gaat het altijd over geld (lees: waarde).
Tijdens de training wordt uitgebreid ingegaan op “de waarde van engineering” zodat dit voor jou als jonge werktuigbouwkundige engineer duidelijk wordt.
Het is namelijk essentieel voor jou “eigen waarde” op de engineeringsafdeling.

Vraag:
Weten wat de seriegrootte is van wat je aan het engineeren ben. Waarom is dit van groot belang voor een engineer?
Antwoord:
Omdat engineering in het algemeen eenmalig is en de productie gaat over seriegroottes van 1 t/m miljoenen, per dag, per maand, per jaar of meerder jaren.
Als je dit weet, weet je ook wat het aandeel engineering is per geproduceerd product. Dit kan erg variëren en heeft een grootte invloed op de verkoopprijs van deze producten. Tijdens de training wordt hier met voorbeelden dieper op ingegaan.

Vraag:
Modulair ontwerpen en interfaces. Waarom is een goede kijk hierop van groot belang voor de engineeringsactiviteiten van een project?
Antwoord:
Een interface is een koppelvlak waarmee twee systemen met elkaar communiceren.(Bron: Wikipedia https://nl.wikipedia.org/wiki/Interface)
Hoe vertaal je nu de begrippen “koppelvlak” en “communiceren” naar de machine-, apparaten- en installatiebouw?
Dit vertalen is een erg belangrijke taak voor alle bij het project betrokken engineers om over na te denken, te overleggen met andere betrokken partijen en vervolgens goed en functioneel toe te passen.
Interfaces binnen de machine-, apparaten- en installatiebouw zijn onder te verdelen in twee groepen. Zichtbare en onzichtbare interfaces.
Op dit voor engineering belangrijke thema gaan we dieper op in tijdens de training. Het vorm eigenlijk een tweede rode draad binnen alle thema’s in de training.
